Zin en onzin over rosé

Wij krijgen veel vragen over rosé, zoals: mengen ze witte en rode wijn om rosé te maken, is donkere rosé zoet, waarom heet sommige rosé Blush? Hier antwoord op al jullie vragen!

Rosé maak je niet door rode en witte wijn te mengen. Dat is zelfs verboden (behalve bij rosé Champagne). Rosé maak je van blauwe druiven. Na het plukken worden de druiven geperst. Aan de binnenkant van de schilletjes zit de kleurstof die de wijn z’n kleur geeft. Hoe langer de schillen in het sap blijven des te meer kleur de wijn krijgt. Voor rosé is dat tussen de één en achttien uur, net wat de wijnboer wil. Na een uur heb je een hele lichtroze rosé en hij wordt elk uur ietsje donkerder. We noemen een rosé Blush (blosjes op de wangen) als hij heel weinig kleur heeft. Wij bepalen elk jaar samen met onze wijnboeren precies welke kleur rosé wij willen.

Kleur heeft niets te maken met zoetheid. Dus dat lichte rosé droog zou zijn en donkere rosé zoet is totale onzin. Kleur heeft ook niets te maken met kwaliteit. Je hebt lichte en donkere top rosé’s. Wel hebben donkere rosé’s iets meer body; ze gaan een tikkeltje richting rode wijn. Het zijn vaak mooie eetwijnen. Wij houden er van, maar ze zijn gek genoeg uit de mode.

Temperatuur: als je wijn heel koud schenkt proef je niets meer. Algemeen: bij lagere temperaturen komen de zuren meer naar voren, bij hogere temperaturen worden de suikers en de alcohol dominant in de smaak. Tien graden is mooi voor rosé. (je koelkast is meestal 6 graden) Zet hem wel in een koeler, want op tafel warmt hij op.

Lekker bij rosé: zomerse salades, tartaar, kip, zachte kazen (geit, Gouda), vis, mosselen, vers fruit (watermeloen!).

Rosé pakket

Proef onze heerlijke rosé wijnen nu in één pakket